zaterdag 13 februari 2016

Myanmar

Zo lieten we een perfecte infrastructuur achter in Perth en gingen we naar Myanmar. Als tussenstop hadden we Kuala Lumpur. We hadden een 9 uur durende transfer dus we hebben de optie benut om te kunnen slapen in soort rechthoek namelijk een container. Ja echt, het was een container met een fan, bed en een moderne inbouw spiegel. Eigenlijk was het ook gewoon een prima manier van slapen. We waren zo moe van het reizen en ook het wachten op het vliegveld ( het is Azië, alles gaat hier op z'n elvendertigst), dat we weliswaar meteen in een onvoorstelbaar diepe coma terecht kwamen. Van onze 9 uur transfer tijd , was nog maar 3 uur over om daadwerkelijk te slapen. We hadden in die tijd gegeten en gewacht in de rijen. 

Myanmar, wauw wat een land. Zoals jullie misschien wel weten is Myanmar nog niet zo heel lang bereikbaar voor toeristen. Ongeveer 35 procent van het land is nog steeds afgesloten voor toeristen en zo mag je bijvoorbeeld niet maar het Noorden van Myanmar. 

Wij begonnen bij Yangon, dit was voorheen de hoofdstad van Myanmar, maar dat is nu veranderd. Yangon is niet de schoonste stad, maar o zo vol met cultuur. Als we onze chauffeur/gids mochten geloven, zijn ze in Myanmar heel erg bezig met het boeddhisme. Overal waar je komt zie je dan ook een monnik of een non lopen en dat geeft het land een magisch gevoel. Yangon zit net zoals vele Aziatische steden vol met marktkramen en eet tentjes en de dynamiek spat er vanaf, geweldig! Dit is waar je moet zijn als je het gevoel wilt hebben dat je de enige toerist bent. Je kan soms lopen voor uren, eer dat je een andere toerist tegen komt. 

Op dezelfde dag van aankomst hebben we een chauffeur gehuurd die ons alles liet zien wat er te zien viel binnen Yangon. 
Ondertussen hebben we al aardig wat gezien, maar ik kan je vertellen we waren toch erg onder de indruk. Het hoogtepunt was toch wel dat er midden in de stad een grote Pagode staat en met nadruk op grote! Het is er zo sereen. Je snapt het niet, je bent in een drukke stad, het bloeit er van leven en ineens sta je bij een enorme pagode omringd door monniken en nonnen waar het bijzonder kalm en stil is. Het enige wat je hoort zijn gebeden en het gerinkel van de belletjes die aan de top van de pagode zitten bevestigd. Het is wederom magisch. 

Na Yangon zijn we vertrokken naar Bagan. 
We gunden onszelf een luxueuze bus zodat we min of meer uitgerust aankwamen bij Bagan. De bussen hier komen wel eens wat vroeger of later aan op de plaats van bestemming en zo kwamen we dus rond half vier in de morgen aan in Bagan. Buiten de bus stonden de taxi chauffeurs te springen om je naar je geboekte verblijf te brengen. Er hangen borden met daarop de taxi prijzen, echter hebben de chauffeurs daar lak aan. Dus we wisten dat we afgezet werden, maar dan letterlijk. Het is half vier in de morgen, je bent kapot en je hebt het gevoel dat je de planeet Mars in je rugzak hebt gestopt die zich aan je vastklampt als een Koala op steroïden, kortom je wil naar een bed en van het dood gewicht af. We stapten in een taxi die ons -natuurlijk- naar een foreigner post bracht. Hier word je gevraagd om geld te betalen voor de omgeving. Maar liefst 25 Amerikaanse dollar per persoon, dus nu heb je niet alleen de koala op steroïden op je rug plus een vervelend gevoel van afzetterij, nee nu ben je ook nog eens chagrijnig omdat je weet waar al dat geld 'echt' naartoe gaat. 
Je laat het maar snel achter je en de omgeving helpt je daarbij wel een handje. Het was donker, maar desondanks kon je hier en daar al wat opgelichte pagodes zien. Aangekomen in ons hotel boden ze ons een kamer aan waar we even in konden bijkomen. 

Na even wat energie te hebben opgedaan konden we ontbijten. Lysanne nam een bescheiden bordje om er vervolgens toch wel achter te komen dat ze nog 5 borden nam. Eenmaal klaar met eten besloten we de omgeving maar eens te verkennen. Bij ons hotel boden ze e-scooters aan wat voor Bagan de meest ideale manier is om op verkenning te gaan! Gewapend met kaart, kompas en water gingen we de woeste zandpaden te lijf. Je ging van grind naar zand en soms rul zand, maar niks gevreesd! Onze elektrische scooter kon alles aan, inclusief de vakantie kilo's van ons. Bij mijn baard, wat is Bagan prachtig, pagodes, overal waar je kijkt! Bagan is geweldig om in te verdwalen, het is alsof je jezelf in een sprookje bevind! Elke pagode heeft een verhaal en is te bereiken via zandweggetjes die je ook langs allerlei dorpjes leid. Er zijn zo'n 2000 tempels in Bagan, dus hier en daar bevind je jezelf wel eens helemaal alleen op een pagode, je word er kalm en sprakeloos van, je wilt genieten van de stilte, je wilt de heerlijke zonnestralen in je opnemen en de natuurlijke geluiden, kortom je word er een met jezelf in de plaats van een met al het drukke verkeer in Yangon. 
Tijdens ons verblijf in Bagan ontmoetten we een aantal mensen en vrijwel meteen besloten we samen Bagan verder te verkennen. De e-bike groepering bestond uit een Singaporese, Canadezen, een Texaan, twee Bulgaarse en wij. Elke morgen zouden we bij elkaar komen om te kijken wat we zouden gaan doen en na veel overleg kwam er vaak hetzelfde antwoord uit 'We zien wel.' Met dat in ons achterhoofd startten we onze elektronische Harleys en gingen we op tour. In chaotische formatie reden we Bagan af. Het was om te genieten, alles wat je rondom je heen zag had zijn charme. Ik kan uren vertellen over Bagan. Je moet er maar eens heen gaan, het is gegarandeerd een plek die je nooit meer vergeet. 

Met Viking tranen namen we afscheid in Bagan zowel van onze nieuwe vrienden als omgeving. We vertrokken naar Mandalay. 
Persoonlijk vind ik Mandalay wat weg hebben van Yangon, het is er erg stedelijk en dynamisch. Onze vrind uit Texas was ook in Mandalay. Chris was zo vrij geweest om een kamer voor ons te reserveren, ze hadden er namelijk nog maar een. Mandalay bevat net als Yangon ook een aantal bezienswaardigheden zoals een Pagode versiert met Jade, The Biggest Book (daar over later meer), The Mustache brothers, paleis van de koning en de Teak houten brug. Samen met Chris boekten we een taxi chauffeur die ons overal heen bracht. De morgen dat onze chauffeur stond te wachten was Chris ziek geworden, dus deden Lysanne en ik de Tour samen tot later op de dag waarbij Chris ons weer zou vergezellen. Als eerst gingen we naar het Paleis van de Koning wat we beiden niet super indrukwekkend vonden hierna volgde een Monastery en een oudere Teak houten Monastery. Erg mooi en allemaal handwerk! Toen was The Biggest Book aan de beurt. Beiden waren we benieuwd! We hadden geen idee in welke vorm het zichzelf zou weergeven. Bij aankomst werd het duidelijk. Het waren losse bladzijden gekerfd in grote stenen en elke pagode bevatte een pagina. Het waren nogal wat pagodes en vandaar dus de naam. Vervolgens zijn we terug gegaan naar ons hotel om te kunnen lunchen. Chris voelde zich ondertussen gelukkig wat gebeterd en kon ons weer vergezellen. We zijn met z'n drieën naar de Teak houten brug gereden, deze is het mooist bij zon's opkomst of ondergang. Het is een plek waar je foto's wilt maken om vervolgens thuis te laten zien hoe het daar was. Het was mooi en authentiek, ondanks de drukte toch sereen en iedereen neemt dan ook even tijd om te genieten van de laatste stralen zon als deze ondergaat. Wij deden dat ook, Lysanne met een kokosnoot, Chris en ik met een biertje en foto toestellen.
De dag later zou Chris vertrekken naar Singapore en wij naar Pyin Oo Lyin. 

In Pyin Oo Lyin werden we ontvangen door de liefste mensen die je maar kan voorstellen. De gastvrijheid laat je piekeren over de mentaliteit in Nederland waar je zo nu en dan het personeel liever ontwijkt dan aankijkt. We wilden de volgende dag met de trein naar Hsipaw en we vroegen hoe we dat het beste konden regelen. Ons werd verteld dat we even moesten wachten. De broer van de eigenaar werkte bij het spoor en via deze manier kon hij aan kaartjes komen. De taxi er naartoe zat er bij inbegrepen, dat deed hij namelijk zelf. Ze maakten vers ontbijt, droegen je spullen, wachtte samen met je in de rij voor de trein en zwaaiden je uiteindelijk uit. Wat een lieve mensen. 

De trein rit naar Hsipaw was op z'n minst gezegd een 'ervaring'. Hij schommelde zo erg dat je moest oppassen voor vallende tassen en veel te grote gekochte souvenirs. Maar, het uitzicht wat je kreeg voor deze langzame centrifuge rit was prachtig! Als je deze trein rit maakt, kom je over een brug. Deze brug is super oud en nog steeds in gebruik. Als je eenmaal overheen rijd zie je dat je over een dal rijd, wat een gigantisch eind naar beneden is. Met een zelfverzekerd gevoel inclusief getuite boven lip maakte ik snel een paar foto's om vervolgens erna even te bekomen van het risico dat je camera misschien wel 100 meter op een niks vermoedende aap stort. 
Eenmaal in Hsipaw stapten we uit met de nodige balans verstoringen die je had opgedaan tijdens de rit. We werden met een mini busje naar ons verblijf gebracht. We sliepen in een klein 2 persoons kamertje waar het bed zo klein was dat zelfs mijn voeten aan het eind van het bed uitstaken. Nu dacht ik toch wel dat zoiets onmogelijk zou zijn. In Hsipaw leerden we wat mensen kennen waarmee Lysanne later een 2-daagse hike zou gaan doen. Ik besloot niet te gaan. Het was bergachtig en gemiddeld 5 uur lopen per dag. Voor mijn knie nog teveel. 
Omdat Lysanne ging hiken besloot ik mezelf een kamer upgrade te gunnen. Ik vond dat ik de tijd van slapen een Maxi-cose wel achter me gelaten had. 'Een kamer voor twee graag.' Zei ik. En voilá, ik kreeg een kamer voor 3. Prima! Lysanne was dan wel in dorpen waarvan de namen te moeilijk zijn om uit te spreken, maar ik heb geen dag verveeld. Lekker rond lopen in dorpjes en contact maken met de locals, dat is helemaal iets voor mij net als verdwalen, wat me dus overkwam. Het is niet dat ik de weg terug niet kon vinden, tegenwoordig weet je de weg naar je verblijf met een druk op je telefoon. Dit keer wilde ik dat niet en besloot ik om het te vragen aan locals. Je ziet gewoon zoveel meer als je rond vraagt. Een local bood me aan te brengen op zijn scooter, daar zei ik geen nee tegen. Hij wilde er zelfs geen geld voor, wat je natuurlijk toch geeft. Als je op reis gaat in je eentje hoef je jezelf absoluut niet vervelen en zeker niet in een hotel of hostel. Het zit er vol met locals en toeristen, kortom je hebt zo een interssant gesprek. 
De volgende morgen was niet veel anders, een rustig ontbijtje gevolgd door een wandeling in diverse dorpjes langs het water. Spelende kinderen, werkende mannen en vrouwen het is allemaal onderdeel van het bezochten van dorpjes en zo ook naar school gaande monniken en nonnen. Waar je ook loopt en wie je ook bent, ze lachen allemaal vriendelijk naar je. Soms vragen ze waar je vandaan komt en soms lachen ze verlegen als je ze vriendelijk begroet hebt. 

Lysanne was al vroeg terug van haar hike. Na met interesse te hebben geluisterd naar haar ervaringen hebben we even uitgerust en zijn we later in de avond samen met onze nieuw gemaakte vrienden wat gaan eten. Dit was ook onze laatste dag in Hsipaw we gingen de dag erna terug naar Mandalay om daar Alison en haar moeder te ontmoeten. Alison hebben we leren kennen in Australië. 

De busrit van Hsipaw naar Mandalay was lang en vol met bochten door de bergen. Ik heb mijn diepste respect voor de bus chauffeur! We kwamen in de avond aan in Mandalay, alles was ons al min of meer bekend, dus gingen we meteen naar Alison. Het was weer leuk om ervaringen te delen en samen een hapje te eten. 
We sliepen in een Dorm room (gedeelde kamer), maar we hadden niet te klagen en hadden heerlijk geslapen! Onze bus reis naar Inle Lake zat er aan te komen bepakt met onze Backpacks gingen we per scooter naar het bus station! 

En zo ben je bij Inle Lake, wederom gaar uit de bus werden we per motor taxi naar ons verblijf gebracht. Natuurlijk kwamen we nog even langs een Toeristen post waarbij we 10 dollar per persoon moesten betalen (natuurlijk). We mochten meteen onze kamer in en kregen ontbijt in de ochtend. We kamen wederom vroeg in de ochtend aan, dus het kamer aanbod was meer dan welkom. Inle Lake is een bijzonder groot meer. Het staat bekend om zijn traditionele vissers en natuurlijk het meer zelf. Na ons ontbijt hebben we een fietsje gehuurd en zijn we verkenning gegaan. Halverwege onze rit kwamen iemand tegen uit Ecuador die ons vroeg mee te gaan in een bootje. Zo konden we de prijs verdelen. Zonder twijfel stapten we in en wauw, wat was het weer verrassend mooi. Alles klopte! Het kalme water, de vissers, de houten huisjes op palen, het drijvende land, de werkende mensen je werd er stil van. Bang om te veel te missen en te vergeten begon ik paniekerig foto's te maken van alles wat ik mooi vond, wat resulteerde in meer dan 200 foto's. Met het bootje bezochten we diverse traditionele winkels gerund door families. Natuurlijk wilden ze heel graag dat je wat kocht en je zou ze helpen als je dat deed, puur omdat het geld dan in de familie blijft in de plaats van naar de overheid gaat. De omgeving was prachtig. Daar waar je in Nederland je mp3 in je oren doet om je soms buiten te sluiten van het geklaag wil je hier alles zien, horen en zelfs ruiken, omdat het puurder dan dit nergens wordt.

Na Inle Lake gingen we over de grens van Myanmar naar Thailand. Gezien we een bus reis van meer dan 20 uur voor de boeg hadden, besloten we een luxe bus te boeken. JJ Bussen zijn vrij bekend in Myanmar als het gaat om luxe bussen. Je betaalt er wat voor, maar je krijgt er een hoop goeie service voor terug. Rond half 7 in de avond werden we opgehaald bij ons hotel en werden we naar de bus gebracht. Eenmaal in de bus waren we onder de indruk van het interieur, alsof je een privé Jet binnen stapte (mini-bar niet inbegrepen). Helaas was de rit net zo soepel als een stieren rodeo, dus al snel zaten we angstvallig met zakjes in onze handen. Alsof onze gebeden waren gehoord, stopte de bus om even een hapje te eten!
Al vechtend tegen de misselijkheid probeerden wat te eten. Gelukkig beviel het eten prima! Het wat in je maag hebben scheelt toch een hoop. Na het eten vervolgde onze busreis weer en natuurlijk sliep Lysanne weer als een blok. Ikzelf was weer verknocht aan films.
Na 12 uur in de JJ-Bus te hebben gezeten kwamen we aan in Yangon, al meteen na het uitstappen gingen we op zoek naar een bus die ons naar Myawaddy zou brengen. Miyawaddy is een stadje in Myanmar waar je over de grens kan lopen naar Mea Sot in Thailand. We stapten in een mini-busje waar we onze reis mee zouden vervolgen. De reis duurde zo'n 9 uur en zoals verwacht kwamen we moe en uitgehongerd aan in Myawaddy.
Het is vreemd, je word in het midden van het stadje gedropt en ondanks dat je al zo lang hebt gereisd voel je toch nog steeds klein in de wereld. Met onze spullen gingen we op pad met het grote vraagteken, waar is de grens? Gelukkig kwam er al snel een mevrouw aan die ons vertelde welke richting we op moesten lopen. Het idee dat je de grens over gaat lopen is zo vreemd, het is dan ook een brug met, natuurlijk, de nodige beveiliging. Simpel als het bakken van een ei kregen we onze stempels onder het genot van de Myanmar Idols Show en voor we het wisten waren we het land uit.











Geen opmerkingen:

Een reactie posten